
De investeringsverplichting is nog altijd actueel evenals de vraag hoe ze ingezet kan worden bij het verhogen van de kwaliteit.
Helaas hebben diverse maatregelen tot nu toe nog niet geleid tot spraakmakender en artistiek interessantere films. Het is daarom goed om te blijven kijken naar manieren om het beschikbare geld te besteden zodat de kwaliteit wel verhoogd kan worden.
Ter inspiratie publiceren we het statement dat Esmé Lammers gaf tijdens het rondetafelgesprek online AVdiensten op 12 februari 2020.
STATEMENT Rondetafelgesprek online AVdiensten 1202- 2020 | Esmé Lammers – Filmmaker
“Goedemiddag, ik zal me even voorstellen. Mijn naam is Esmé Lammers, ik ben scenarioschrijver en regisseur van onder andere de film Lang Leve de Koningin, waar ik mijn carrière mee begon. De laatste film die ik regisseerde was Soof 2. Verder ben intendant geweest bij het Filmfonds, heb ik een verschillende bestuursfuncties vervuld en de site Afdeling Filmzaken opgezet over de zakelijke kant van filmmaken.
Allereerst wil ik u hartelijk danken voor de mogelijkheid om als maker enkele gedachten met u te delen over dit voor ons belangrijke onderwerp. Zoals ik aangaf in mijn position paper is de komst van online platformen en streamingsdiensten voor ons in wezen alleen maar opwindend. Ze verbreden onze horizon en bieden een wereld aan nieuwe mogelijkheden om met onze films en programma’s in contact te komen met ons publiek.
De vraag naar Europese content neemt eigenlijk alleen maar toe, en toch kunnen wij hier als Nederlandse filmmakers en producenten maar mondjesmaat van profiteren.
Hoe kan het dat Denemarken, een land met een nog kleiner taalgebied dan het onze, wel een volwaardige plek in het aanbod verovert? Komt het omdat er meer geld is? Ter vergelijking, een Deense serie kost gemiddeld het vijfvoudige van een serie uit Nederland. Natuurlijk helpt dit, maar het is niet het enige. Kort door de bocht gesteld : In Denemarken is er naast meer geld ook een principiële andere keuze gemaakt : een keuze voor kwaliteit. En bij het beleid om de kwaliteit te verhogen is de maker centraal gezet.
Kwaliteit en een eigen signatuur zijn namelijk essentieel willen we de concurrentie aan kunnen en niet weggeblazen worden door Hollywood of België, Duitsland, Spanje en Scandinavië3. Landen waar makers hun eigen verhalen kunnen vertellen en er films en series ontstaan die zich kunnen meten met de Internationale top.
Het ontstaan van dit soort films en series is geen vanzelfsprekendheid. Hiervoor is geld nodig en dus financieringsmogelijkheden maar het is evenzo belangrijk dat er gelijkwaardigheid is tussen partijen in de filmketen: de makers, producenten, distributeurs en exploitanten. Een gelijkwaardigheid die ervoor zorgt dat er een balans kan ontstaan tussen economische overwegingen en artistieke ambities. De afgelopen jaren is deze balans verstoord geraakt, mede omdat makers een veel te ondergeschikte rol speelde in de keten.
Makers willen en moeten daarom een inhaalslag maken, financieel en in zeggenschap. Ze moeten hun artistieke kwaliteit kunnen bewaken en vanuit gelijkwaardigheid met andere partijen in de keten kunnen samenwerken. Bovendien is het belangrijk dat ze net als andere ondernemers winst kunnen maken om te kunnen investeren in nieuwe projecten en zich artistiek interessant te ontwikkelen.
Dit vraagt om randvoorwaarden die nader uitgewerkt zouden moeten
worden in het door de ministers Slob en Van Engelshoven gevraagde sectorplan.
Als regisseur en scenarioschrijver wil ik u daarom vragen om niet alleen het plan voor een investeringsverplichting te ondersteunen en daarmee voor een level playing field te zorgen met het buitenland én bovendien, zoals de andere partijen bepleiten, zeker tien procent Nederlands aanbod verplicht te stellen, maar ik wil u ook vragen als de yin bij het yang van deze maatregel om blijvend het gesprek aan te gaan met makers, maatregelen ook vanuit hun perspectief te boordelen en het verstevigen van hun positie als prioriteit te zien in cultuurbeleid.
De investeringsverplichting is voor ons allemaal een cruciale opstap om deel te kunnen nemen aan de nieuwe ontwikkelingen, maar ook in dit geval is de ketting zo sterk als de zwakste schakel. Willen we tot aansprekende films en series komen die het gesprek bij het koffieapparaat beheersen dan moeten er niet alleen meer financieringsmogelijkheden zijn, maar dan moet er ook gekozen worden voor kwaliteit, waarbij de maker centraal gezet is en de wereld kan worden veroverd.”