meer over Filmzaken > wie
wat en hoe
Afdeling Filmzaken is in 2015 opgezet door Esmé Lammers omdat ze behoefte had aan plek waar ze haar gedachten en ideeën zou kunnen delen met betrokkenen bij de Nederlandse Filmsector. Het uitgangspunt is dat de Nederlandse film, gegeven het talent dat er is, veel beter zou moeten kunnen presteren. Talent alleen is niet genoeg, het heeft de juiste omstandigheden nodig om tot haar recht te komen. Samen met Gamila Ylstra heeft ze dit verder uitgewerkt.
De huidige omstandigheden in de filmsector voorzien onvoldoende in wat ik noem de basisbehoeften van makers en producenten. Te weten; autonomie, weten wat er met je werk gebeurt en meedelen in de opbrengsten van je werk. Het lastige is daarbij dat makers (en de meeste producenten) nauwelijks nog tijd hebben om zich te verdiepen in filmbeleid. Ze jakkeren door in de hoop op betere tijden en proberen binnen de beperkingen tot het beste resultaat te komen, maar echt inspirerend is dit vaak niet. Ook de cameramensen maken zich zorgen over de manier waarop Nederlandse films vaak tot stand komen : “Er moeten voortdurend productionele problemen opgelost worden waardoor er nauwelijks tijd is om artistiek iets neer te zetten“. Dit komt de kwaliteit van onze films niet ten goede. Bovendien wordt er te weinig feedback gegeven op maatregelen waardoor instellingen en de politiek zich onvoldoende realiseren welke enorme impact filmbeleid of een subsidiemaatregel kan hebben op het creatieve proces.
Over dit soort onderwerpen formuleert Filmzaken ideeën in de hoop dat het anderen inspireert en er een platform ontstaat waarin kennis en ervaringen gedeeld kunnen worden. Daarbij wil Filmzaken zakelijke informatie makkelijk toegankelijk maken om makers, producenten en misschien ook belangenverenigingen gelijkwaardiger gesprekspartners te laten zijn van instellingen en de politiek. Met de juiste informatie kunnen we aanhaken bij de politieke agenda en relevante feedback geven op maatregelen en beleidsvoornemens.
De ervaringen van mensen in het veld zijn cruciaal bij het vormgeven van goed beleid. Vooral wij, de makers en de producenten, kunnen de politiek laten weten wat we nodig hebben om tot kwaliteit te komen. Dat kan niemand anders voor ons doen.