In het leven van filmmakers, producenten, distributeurs, bioscopen is filmbeleid essentieel. Vergelijk het met de betekenis van regen voor een boer. Zonder filmbeleid geen Nederlandse film. Zo goed als alle Nederlandse films (90%) worden op dit moment voor 41% via filmbeleid gefinancierd. Filmbeleid is daarbij klimaatbepalend. Wanneer de financiering ineens droogvalt of tijdenlang alleen maar in de randstad neerkomt, dan verziekt dit het klimaat behoorlijk. Het kan filmmakers het land uitjagen, tot wanhoop drijven en als het goed gedaan wordt intens gelukkig maken.
Gelukkig wordt filmbeleid niet door de goden bepaald, maar door mensen. Het kan aangepast en verbeterd, het kan de sector op een constructieve manier met financiering ondersteunen bij het maken van hun films. En bij het bepalen van beleid kunnen producenten en filmmakers een belangrijk stem hebben. Tenminste dat is de bedoeling.Maar wat is filmbeleid eigenlijk? Hoe is het ontstaan, hoe en wanneer wordt het bepaald, wie voert het uit en wat kost het?
Afdeling Filmzaken presenteert de komende tijd in een serie artikelen de belangrijkste en leukste feiten, cijfers en weetjes rond filmbeleid. Deze artikelen zijn tot stand gekomen op basis van jaarverslagen van de Bioscoopbond op de site van film- en bioscoopbranche, waar een schat aan informatie is te vinden. Verder de jaarverslagen van het Filmfonds, overheid-sites, Film Facts en Figures of the Netherlands en krantenartikelen, waarbij speciale dank aan NRC en de filmjournaliste Karin Wolfs die in september 2007 voor de Filmkrant 15 jaar Nederlands Fonds voor de Film op een rij heeft gezet.
De serie artikelen worden de komende tijd gepubliceerd in onderstaande volgorde. Als een soort teaser hebben we enkele highlights toegevoegd. Wanneer een artikel klaar is verandert de titel in een link naar het artikel.
Deel 1 | Korte ontstaansgeschiedenis Filmbeleid
1991 – Hedy d’ Ancona, minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) schrijft een ‘filmbrief’. Ze stelt voor om beide fondsen (het productiefonds en het filmfonds) samen te voegen met als reden; “de subsidieverlening voor filmproductie kan het meest doeltreffend geschieden vanuit één regie,” omdat “de verschillende genres dan steeds in hun onderlinge samenhang kunnen worden bezien.”
Deel 2 | 60 jaar filmbeleid, belangrijkste thema’s en uitvoering
Filmkrant 15 jaar Nederlands Fonds voor de Film : Het bestuur werd (in de tachtiger jaren) bijgestaan door een secretaris; de heer van Taalingen van de bioscoopbond en later door Mejuffrouw meester Krietemeijer, ook van de bioscoopbond. Het andere kleinere fonds, het Filmfonds had toen zo’n 5,5 miljoen gulden te besteden. Matthijs van Heijningen : “Het leverde soms grote ruzies op, Houwer schold op Blokker die zo z’n opvattingen had, maar ach, je had wel een gesprek. Het was vrij overzichtelijk allemaal en de lijnen waren kort.”
1993 NRC: “Gisteren heeft een volgens WVC “verhelderend’ gesprek plaatsgevonden tussen de minister enerzijds en de heren Blokker (voorzitter Productiefonds) en M.J. Haks (penningmeester van het ‘kleine’ Filmfonds) anderzijds. Daarin werd vastgesteld dat het interim-bestuur van het nieuwe Filmproductiefonds onder voorzitterschap van mr.L. Spigt zich bij zijn werkzaamheden uitsluitend zal baseren op de Cultuurnota van de minister, het rapport van Blokker en Haks en het advies van de Raad voor de Kunst. De door Blokker gewraakte notitie van interim-bestuurslid E. Fallaux staat bij hun overleg dus officieel niet op de agenda.”
Deel 3 | Hoe wordt filmbeleid bepaald ?
In de beginjaren verliep het opstellen van een beleidsplan relatief eenvoudig. De besturen van de fondsen dienden jaarlijks een werkplan, met begroting, in bij de minister en legde ook jaarlijks rekening en verantwoording af aan de minister, waarna via de Rijksbegroting middelen werden toegekend. In 1988 veranderde deze werkwijze.
Deel 4 | Wet- regelgeving, toezicht en controle Filmfonds
2007 – Het Nederlands Filmfonds is een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) en valt op dit moment onder de Kaderwet ZBO vanaf 2015
Deel 5 | Wie wordt er blij van filmbeleid en kan het beter ?
Net zo goed als niet iedereen tevreden is over het weer, zo zal er waarschijnlijk ook altijd kritiek zijn op filmbeleid. Maar dat neemt niet weg dat we niet zouden hoeven te streven naar uitstekend filmbeleid, naar het best mogelijk denkbare, naar een beleid dat een gunstig financieringsklimaat schept voor Nederlandse films en waarin er goed samengewerkt wordt tussen alle betrokken partijen; de makers, de producenten, de financiers (waaronder de fondsen), de distributeurs en de exploitanten.
Pingback: Trends & ontwikkelingen 29 augustus 2017 - Mestmag.nl