Mei 2019: De regeling is inmiddels gewijzigd. De vereiste aanvrager zijn versoepeld bijvoorbeeld. Maar het principe van de regeling is hetzelfde. Daarom laten we ter oriëntatie onderstaand artikel uit 2017 op de site staan.
Artikel uit 2017:
We hebben de belangrijkste punten een rij gezet van de nieuwe cash rebate regeling. Wanneer je een aanvraag wil doen kun je terecht op de site van het Filmfonds.
ALGEMEEN
- De nieuwe regeling gaat in op 1 oktober 2017
- De eerstvolgende aanvraagronde voor filmproducties is 31 oktober 2017 en voor high-end tv-series op 7 november 2017.
- Voor filmproducties is jaarlijks 19,25 miljoen euro beschikbaar. Eventueel resterend budget van een aanvraag-ronde wordt toegevoegd aan het budget voor een volgende ronde.
- Er komt een pilot met de looptijd van 1 jaar, waarin ook high-end TV- drama-, animatie- en documentaireseries in aanmerking komen voor een cash rebate van 30%. Hiervoor wordt € 10 miljoen gereserveerd.
- Het aantal aanvraagrondes is flexibel.
- De maximale bijdrage wordt verhoogd van 1 miljoen euro naar 1,5 miljoen euro.
- Een percentage van 35% kan bij Filmproducties worden gehanteerd indien de aanvrager geen ander realiseringsbijdrage(n) ontvangt die word(t)en aangemerkt als Nederlandse staatssteun en/of bij een aanvraag voor een internationale coproductie waarvan voor een, per categorie bepaald percentage van de digitale productiekosten in Nederland wordt besteed.
- Als een aanvrager kan motiveren waarom een productie ten tijde van de verlening geheel of gedeeltelijk in productie is gegaan, is het mogelijk toch een bijdrage te verstrekken.
- De bovengrens van 2 miljoen euro per aanvrager per jaar is – in lijn met de aanpassing van de maximale bijdrage per project – verhoogd naar 3 miljoen euro.
- Het Hoofd Production Incentive en de productiebeheerder toetsen de productionele en zakelijke aspecten van een aanvraag, waarna de directeur/bestuurder beslist over de aanvraag. Uitslag volgt doorgaans binnen acht tot tien weken. (NB Awb, artikel 4:13 lid 2 De redelijke termijn is in ieder geval verstreken wanneer het bestuursorgaan binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag geen beschikking heeft gegeven en geen mededeling heeft gedaan dat de beschikking niet binnen de bij wettelijk voorschrift bepaalde termijn gegeven kan worden.
PROCEDURE
- Toetsing van aanvragen geschiedt op basis van strikte financiële, juridische en zakelijke criteria en met behulp van een puntensysteem.
- Voor 2016 is het minimum aantal punten vastgesteld op 75.
- Mocht de aanvrager overwegen tevens één of meerdere financiële bijdrage(n) in het kader van (een) andere regeling(en) van het Fonds aan te vragen dan is het, gezien de koppeling met bestedingen bij de Film Production Incentive, van belang dat deze aanvraagmogelijkheden eerst worden benut.
- Er kan geen aanvraag ingediend worden voor de Netherlands Film Production Incentive als het Fonds nog een beslissing moet nemen over een ingediende aanvraag voor dezelfde filmproductie bij een andere regeling van het Fonds.
WIE KAN AANVRAGEN?
- De regeling is bedoeld voor productiemaatschappijen.
- De productiemaatschappij moet minimaal 2 jaar in de EU gevestigd zijn (of een staat die betrokken is bij een EER overeenkomst of in Zwitserland).
- In de afgelopen 2 jaar moet de productiemaatschappij aantoonbaar actief geweest zijn op het gebied van filmproductie en – exploitatie.
- De aanvrager wordt vertegenwoordigd door een producent
- Deze moet in de 7 kalenderjaren voorafgaand aan de aanvraag als majoritair producent hoofdverantwoordelijk zijn geweest voor het produceren van tenminste 2 speelfilmproducties.
- Hij kan ook als majoritair producent betrokken zijn geweest bij het realiseren van 1 filmproductie met een bioscoopuitbreng, maar dan moet hij wel onder hoofdverantwoordelijkheid van een andere productiemaatschappij een trackrecord hebben opgebouwd dat naar het oordeel van het bestuur vergelijkbaar is met het hierboven bepaalde. (Het is afwachten hoe het bestuur hierover oordeelt)
- De betreffende film(s) moeten minimaal een bioscoopuitbreng in Nederland gehad hebben.
- Een aanvraag voor TV-series kan ook gedaan worden door een producent die hoofdverantwoordelijk is geweest voor 2 high-end TV-series die primair openbaar gemaakt zijn via televisie-/VOD-uitzending in Nederland.
- Een mediabedrijf komt niet in aanmerking voor een financiële bijdrage.
WELKE PROJECTEN KOMEN IN AANMERKING?
- Om in aanmerking te komen voor een financiële bijdrage moet de filmproductie aan tenminste 3 van de culturele criteria voldoen. Er zijn 2 wijzigingen aangebracht in de culturele criteria :
- Het volstaat wanneer 2 bijpersonages een bijzondere band met Nederland hebben. Voorheen moesten dat er 3 zijn.
- Het scenario kan gebaseerd zijn op een origineel literair werk of op een ander auteursrechtelijk beschermd werk. Hiermee vervalt de eis dat het alleen om Europees werk zou kunnen gaan.
- Films met een budget van minimaal € 1 miljoen voor een speelfilm of lange animatiefilm
- Onder voorwaarden is een ondergrens van € 600.000 toereikend / € 250.000 voor een lange documentaire. Het bestuur kan naar aanleiding van een gemotiveerd en schriftelijk verzoek van de aanvrager beslissen dat een aanvraag voor een filmproductie, waarvan de productiekosten tenminste 600.000 euro bedragen, in aanmerking kan komen voor een financiële bijdrage op grond van dit reglement, indien (i) reeds bij aanvraag blijkt dat de onvoorwaardelijk en aantoonbaar toegezegde financiering niet mede bestaat uit deferments en (ii) uit de bij de aanvraag over te leggen begroting blijkt dat de medewerkers aan de filmproductie en de partijen die daaraan goederen of diensten leveren marktconform worden betaald.
- De hoogte van de kwalificerende kosten is minimaal € 100.000.
- Tenminste 50% van het productiebudget moet bij aanvraag onvoorwaardelijk en aantoonbaar zijn toegezegd door derden.
- Een arthouse film is een speelfilm waarbij de nadruk op de artistieke kwaliteit ligt en het eindresultaat dusdanig bijzonder is dat dit in potentie nationaal en/of internationaal herkend en gewaardeerd wordt.
WAT IS HIGH END?
De stimuleringsregeling richt zich uitsluitend op ‘High end televisieseries & Single Episodes’. Dat wil zeggen dat televisieseries in aanmerking komen die zich door hun cinematografische kwaliteit en hoge productionvalue onderscheiden van het nationaal en internationaal gangbare televisie- en videoon- demand-aanbod. Hogere production value vertaalt zich onder meer in hogere productiekosten die ‘op het scherm’ te zien zijn. Vandaar dat het Fonds een minimum aan productiekosten per uitzendminuut hanteert, zodat Stimuleringsmaatregel waarde toevoegt aan de reeds bestaande financieringsbronnen voor televisieseries en deze dus niet verdringt.
Met fictie wordt bedoeld een filmproductie waarin een verhaal wordt verteld dat zich hoofdzakelijk afspeelt in de fantasie van de maker en de toeschouwer. Dat betekent dat de belangrijkste elementen, het verhaal/de plot, de personages, de verhaalstructuur verzonnen/fictief zijn en niet op de
werkelijkheid berusten. Dit in tegenstelling tot non-fictie, waarmee filmproducties worden aangeduid die wel hoofdzakelijk op de werkelijkheid betrekking hebben.
KWALIFICERENDE KOSTEN (wijzigingen)
- Nieuw is dat bij de verlening van de bijdrage tot 5% aan onvoorzien over de kwalificerende productiekosten in de berekening wordt meegenomen. ( Bij de afrekening moet worden aangetoond dat deze daadwerkelijk aan kwalificerende kosten zijn besteed. )
PUNTENSYSTEEM (wijzigingen)
- Onder het kopje creatief talent en bepalende crew. Het is nu mogelijk om, wanneer een extra functie uitgevoerd wordt door één persoon, deze dubbel in de puntentelling mee te tellen. Het gaat om de dubbelfunctie van screenwriter/ director en sound designer / re recording mixer.
- Er is nu nog maar minimaal 1 hoofdfunctie (dit waren er 2) vereist bij filmproducties waarvan een minderheidsaandeel in de financiering vanuit Nederland komt en waarbij de kwalificerende productiekosten die in Nederland worden besteed meer dan 1 miljoen euro zijn.
- Bovendien kunnen andere functies meetellen wanneer deze hoofdverantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het Nederlandse deel van de productie.
- In het geval van een animatiefilm met een minderheidsaandeel in de financiering vanuit Nederland tellen de functies mee indien deze hoofdverantwoordelijk zijn voor het Nederlandse deel van de productie.
- Categorie Animatiefilm Hierin is een aantal wijzigingen opgenomen die uitbreidingen betreffen van de functies die meetellen in de puntentelling. Daarnaast is in Tabel 1.14 het minimum percentage animators die domicilie houden in Nederland verlaagd van 50% naar 25% en is in 1.14.4 de functie van ‘Set builder’ in de puntentelling opgenomen.
Pingback: Cash rebate geactualiseerd! | Filmzaken
Pingback: Trends & Ontwikkelingen 19 september 2017 - Mestmag.nl